Thursday, May 5, 2011

Alles in één

Ringen aflezen, twitchen, trektellen, jaarlijsten, vandaag kwam het allemaal aan bod. Zo’n rijk gevulde (en rijkelijk beloonde!) dag verdient natuurlijk een plaatsje op mijn weblog.

Eigenlijk is het allemaal Rick z’n schuld, zoals wel vaker als toch iemand de schuld moet krijgen. Na een smsje op dinsdag waarin hij zijn plannen openbaarde om toch nog een keer te gaan trektellen dit voorjaar, bij voorkeur op een goede plek, waren de plannen snel gesmeed. Donderdagochtend zou het worden met Breskens als bestemming. De voorspelde zuidoostenwind (gunstig voor Breskens) hielp daarbij een handje en ook uit vogelwaarnemingen van anderen in deze periode was op te maken dat het een goede gok zou zijn om af te reizen naar Zeeuws Vlaanderen. Ik zou rijden met als doel dat we een auto hadden met meer dan twee zitplaatsen, zodat Morrison ook weer mee kon. Om kwart voor vijf vanochtend stapte ik in de auto en ruim twee uur later arriveerden wij op de hoge dijk van Breskens aan de zuidoever van de Westerschelde.

Trektelpost Breskens

Voor de niet-ingewijden onder ons: Breskens is een begrip in de vogelwereld. Haar eerste faam behaalde ze reeds decennia geleden en het is een spreekwoordelijke kinderkamer geweest voor talloze topvogelaars in Nederland. En dan heb ik het natuurlijk niet over het dorpje zelf, het is slechts haar ligging die er toe doet. Net ten westen van het dorp, vlakbij de vuurtoren op de dijk, ligt een telpost met een ideale ligging. Daar waar de kust van Noord-Frankrijk en België een vrij rechte lijn in noordoostelijke richting vormen, buigt deze af richting het oosten aan de zuidzijde van de Westerschelde. Trekvogels die in het voorjaar, wanneer ze terugvliegen naar hun broedgebieden, een noord-noordoostelijke richting aanhouden en liever niet over water vliegen, worden ‘gestuwd’ langs de Franse en Belgische kust of vliegen daar parallel aan. De maximale stuwing vindt echter plaats op het punt waar de kust afbuigt naar het oosten. Breskens ligt op dat punt. De vogels die vanuit het zuiden komen aanvliegen durven de oversteek naar Walcheren niet te maken en buigen met z’n allen af, met de kust mee. De aantallen trekvogels die je daarom in het voorjaar ziet op deze plek, worden bijna nergens in Nederland geëvenaard. Een kanttekening daarbij is dat de wind wel uit de zuid/zuidoost/oost/noordoost  hoek moet komen, anders worden de vogels van de kust af geblazen en vindt er veel minder stuwing plaats. Vandaag waren de omstandigheden goed, zoals dit voorjaar wel vaker overigens.

Uitzicht vanaf Breskens richting ZO

Toen we bij de telpost aankwamen stonden er al zo’n 20 auto’s langs de weg geparkeerd en de post stond behoorlijk vol. Gelukkig hadden we nog geen spectaculaire soorten gemist, want, dat was ik vergeten te vertellen, behalve grote aantallen vogels staat Breskens ook bekend om de goede kans dat er bijzondere soorten overtrekken. ‘Het vloog’ in het begin nog niet zo lekker, maar langzaam trok de trek aan en gingen de gingen de Graspiepers, Gele Kwikken, Gierzwaluwen en Boerenzwaluwen aardig ‘los’. Al snel doken ook de eerste bijzondere soorten op: enkele Wielewalen vlogen langs en twee Beflijsters waren aan het foerageren op een gazon voor de telpost. Terwijl wij ons vermaakten met de voor Krimpenerwaardse begrippen ongekend grote groepen Gele Kwikstaarten, Groenpootruiters en de vele Boompiepers, werden we opgeschikt door een opgewonden kreet. Die kwam van ver weg, want als er zoveel mensen zijn, dan sta je natuurlijk vrij ver uit elkaar. Verstaan deden wij het dus niet, maar het was duidelijk dat er iets leuks gezien werd. Dankzij een duidelijker gearticuleerde beschrijving van waar de mysterieuze vogels in kwestie vlogen, pikten wij ook een groepje van drie Morinelplevieren op die uiteindelijk recht over de telpost kwamen vliegen. Wat een prachtige vogels!

 
Trektellers op Breskens

Korte tijd later zagen we boven de dijk een donkere vogel aan komen vliegen met witte vensters in zijn beide vleugels. Een vogel van ongeveer het formaat van een Kauw en een aparte vlucht. Wat kon dat nou zijn? Met mij waren er velen kortstondig in verwarring, want zo vaak komt het niet voor dat je iets ziet wat je totaal niet kunt plaatsen. Het bleek een Crested Myna te zijn, die erg mooi langs kwam vliegen, maar vanwege zijn status als exoot uit Azië voor weinig mensen ook maar een cent waard was. Desalniettemin was iedereen meteen weer in de hoogste staat van paraatheid. Ik zal niet al te lang meer uitweiden over wat we precies zagen op de telpost. Zeer de moeite waard is wel nog te vertellen dat er een prachtig mooie Roodstuitzwaluw langs kwam vliegen die door velen mooi gezien kon worden, hoewel zo’n langsvliegende vogel natuurlijk in een flits weer verdwenen is. Een landelijke zeldzaamheid! Een allesbehalve complete opsomming van de leukste soorten die wij verder zagen is als volgt: Europese Kanarie, Velduil, Kraanvogel, Dwergstern, Smelleken en vele anderen. De definitieve resultaten zullen zeer binnenkort te vinden zijn op http://www.trektellen.nl/trektelling.asp?telpost=1. Na het middaguur kakte de trek behoorlijk in en besloten wij te vertrekken.

Als volgende bestemming stond op het volledig geïmproviseerde programma het natuurontwikkelingsgebiedje De Blikken waar al enige tijd Steltkluten werden gezien. Dit ligt vlakbij Breskens op Zeeuws Vlaanderen en vanuit de observatiehut zijn veel vogels mooi van dichtbij te bekijken. We vonden inderdaad direct de Steltkluten, wij telden er 7 in totaal. Het zwarte met witte verenkleed in combinatie met de idioot lange knalrode poten blijft erg bijzonder. Bovendien is de soort zelf, afkomstig uit Zuid-Europa, ook bijzonder in Nederland. Dit jaar zijn er echter opvallend veel opgedoken in heel Nederland. Onze aandacht ging natuurlijk ook uit naar allerlei andere soorten, zoals de broedende Geoorde Futen die hun prachtige zomerkleed dragen.

 
Meeuwenkolonie in de Sophiapolder

Morrison deed een beroep op mijn enthousiasme voor het aflezen van meeuwenringen toen hij voorstelde om nog even door de rijden naar de Sophiapolder. Hier huist een grote kolonie Kokmeeuwen waar sinds enkele jaren een (groeiend?) aantal paren Zwartkopmeeuw in broedt. Deze zijn vaak geringd en de afstand is net klein genoeg om kleurringen te kunnen aflezen. We vonden er twee, een witte en een groene, beide gedragen door een Zwartkopmeeuw. Morrison zoekt nog uit waar de vogels geringd zijn. Buiten het feit dat ze vaak ringen dragen, zijn Zwartkopmeeuwen ook gewoon prachtige vogels om te zien (persoonlijk vind ik ze veel mooier dan Kokmeeuwen) en dat gold zeker voor de 22 vogels die hier bij elkaar zaten in het zonnetje. Rick ontdekte aan de rand van de kolonie ook nog een mooie Dwergmeeuw die bijna in zomerkleed was, waarmee het trio van zwartkoppige Europese meeuwen compleet was.

Morrison in actie

Zwartkopmeeuwen (rechter met groene ring)

De dag was mooi, maar toch werd het tijd om een einde aan de vreugde te breien. We aanvaardden de thuisreis door de 6,5 km lange Westerscheldetunnel en over nog veel meer kilometers snelweg. Voordat we Zeeuws Vlaanderen echter achter ons gelaten hadden zag ik nog een verdachte roofvogel vliegen waarvoor ik de auto op verzoek van mijn medereizigers even aan de kant zette. Het bleek een Rode Wouw te zijn, een hele mooie soort om mee af te sluiten! Echt afsluiten deden we echter pas waar ik vandaag begon, in onze ouwe trouwe Krimpenerwaard. Dankzij een telefonische melding (waarvoor dank!) wist ik dat er twee Temminck’s Strandlopers zouden zitten bij het helofytenfilter in polder Hoek bij Bergambacht. Deze soort had ik nog nooit gezien in de Krimpenerwaard en dit was een uitgelezen kans om daar voor eens en altijd verandering in te brengen. Na even zoeken, waarbij we ook de twee Steltkluten tegenkwamen die hier al enkele weken vertoeven, vond Morrison uiteindelijk de beide kleine vogeltjes terug. Een Kievit die ernaast liep leek gigantisch. De Temminckies lieten zich op behoorlijke afstand toch erg leuk zien en de determinatie was tamelijk eenvoudig. Een mooie soort erbij in de waard! Dat was pas echt een mooie afsluiter van dit prachtige dagje uit.

Monday, May 2, 2011

Ross' Meeuw twitch

Terwijl Jonne en ik op zondagochtend in het zonnetje in de tuin zaten bij te komen van de Big Birding Day van de dag ervoor, kreeg ik een smsje van Morrison die de geest alweer te pakken had. “Zin in een Ross’ Meeuw? Ik rij” was de strekking ervan. Had ik niet toevallig net heel subtiel tegen Jonne gezegd: “Goh, er zit een Ross’ Meeuw bij Numansdorp, eigenlijk niet eens zo ver rijden. Da’s echt een mooi meeuwtje.” Op dat moment was Jonne nog in de waan mij door zich passief op te stellen ervan te kunnen weerhouden om haar mee te slepen om te gaan twitchen, maar na dat smsje van Morrison wist ze dat ze geen schijn van kans meer had. “Tsja” zei ik quasi-twijfelend tegen haar, “wat zullen we nou doen?”. Toen ze vervolgens antwoordde: “Nou, als jij gaat, ga ik wel mee”, zaten we een half uur later bij Morrison in de auto op weg naar Numansdorp.

De TomTom bracht ons een heel eind op weg tot we bij een splitsing kwamen waarbij beide wegen waren voorzien van een bordje ‘verboden toegang’. Als een Ross’ Meeuw de beloning is, is het soort dilemma’s waar je dan voor staat vrij simpel op te lossen. De eerste weg bleek het niet te zijn, dus dan moest het de tweede wel zijn. Toen we vervolgens in een soort vakantiepark terecht kwamen wisten we het even niet meer en ik wilde net een bevriende vogelaar bellen om te vragen of hij ons in de juiste richting kon sturen toen we verder op een groep mensen zagen staan met telescopen en dergelijke apparatuur. Kan niet missen! Vervolgens moest alleen nog even het hek om het vakantiepark omzeild worden, maar uiteindelijk kwamen we op de bestemming aan. De vele vertrekkende vogelaars maakten ons enigszins bezorgd of de vogel nog wel aanwezig zou zijn, maar toen we aan kwamen lopen werden we direct geattendeerd op de Ross’ Meeuw die netjes op een slikplaatje zat. Dat blijft toch makkelijk scoren op die manier. Jonne koos echter de moeilijke / onveilige / uitdagende manier en wilde de vogel zelf vinden. Leuk natuurlijk, maar van zulk gedrag word ik bijzonder zenuwachtig, want stel nou dat de vogel dan net wegvliegt… Natuurlijk gebeurt Jonne zoiets niet, en het duurde niet lang voordat Jonne de vogel had gevonden. Ik probeerde me er zo onopvallend mogelijk van te vergewissen dat ze inderdaad de juiste vogel in beeld had, maar de verontwaardigde blik op Jonne d’r gezicht verraadde dat ik daarin behoorlijk gefaald had.

Het natuurontwikkelingsgebied bij Numansgors langs het Hollands Diep, waar de vogel zich bevond, lag er mooi bij met kale slikplaatjes. Het wemelde van de vogels (waarvan de Grauwe Gans toch wat oververtegenwoordigd was) en naast de Ross’ Meeuw was er een Blonde Ruiter ontdekt. In tegenstelling tot de Ross’ Meeuw, die ik eerder al eens gezien had op het strand van Scheveningen, zou de Blonde Ruiter een nieuwe soort voor mij zijn. Helaas bleek dat iets teveel gevraagd, want dit vogeltje was al uren niet gezien. We moesten genoegen nemen met de meeuw, die toch een slag zeldzamer is dan de ruiter. Voor Morrison en Jonne was het wel een nieuwe soort. Het was daarom erg leuk dat de vogel na een paar minuten opvloog en een prachtige vliegshow afleverde, waarbij de opvallende wigvormige staart prachtig te zien was, evenals de helder witte lange vleugels en de sierlijke vlucht. Een kwartier na ons arriveren vloog de meeuw het Hollands Diep op om niet meer terug te komen.

We bleven nog een poosje wachten of de vogel zou terugkeren. De vele aanwezige vogels zorgen voor ruim genoeg afleiding. Zelf was ik extra alert op eventuele nieuwe jaarsoorten voor Jonne, die op haar werk met collega’s een wedstrijdje doet. De vage roep van een Zwartkopmeeuw op grote afstand kreeg daarom uitgebreid aandacht en jawel, aan de overkant van de plas vlogen twee mooie adulte Zwartkopmeeuwen. Een nieuwe jaarsoort voor Jonne en bovendien pas de tweede keer dat ze deze soort zag. Zij blij, ik blij. Groenpootruiters, Kemphanen, Bontbekplevieren, volop steltlopertjes completeerden het sfeervolle voorjaarsplaatje. Vlak voordat we weer op huis aan gingen vond Morrison nog een foeragerende Noordse Kwikstaart, de tweede lifer voor Jonne op een dag, die daarmee zeer succesvol mag heten. Morrison, ook namens Jonne bedankt voor de lift en een mooi middagje vogelen!